Jeugdhulp aan mishandelde en misbruikte kinderen: doen we de juiste dingen? Onderzoek naar de mogelijkheden om daar beter zicht op te krijgen.
‘Partners in jeugdbeleid’ inventariseert mogelijke vormen van dataverzameling over jeugdhulp aan kinderen die te maken hebben gehad met een vorm van seksueel geweld of mishandeling. Met als doel het bieden van passende hulp aan hen te kunnen monitoren. De rapporteur mensenhandel heeft in 2018 geconstateerd dat niet duidelijk is welke vormen van jeugdhulp wordt geboden aan deze kinderen. Hij stelt de vraag of de verschillende groepen slachtoffers de juiste hulp ontvangen, en beveelt aan dit onderdeel van de beleidsinformatie jeugd te maken. We doen een onderzoek naar de werking van de beleidsinformatie, verkennen andere mogelijke databronnen, doen literatuuronderzoek en interviewen deskundigen op het gebied van hulp bij mishandeling en seksueel geweld en van datacollectie. Het onderzoek levert een afwegingskader op dat helpt met de beslissing welke vormen van dataverzameling passend zijn om passende hulp te bieden aan de slachtoffers.
Producten
Auteur: Sophie Hospers Jaap van der Kamp Quirien van der Zijden
Link: http://partnersinjeugdbeleid.nl/publicaties/
Auteur: Sophie Hospers & Quirien van der Zijden
Link: http://partnersinjeugdbeleid.nl/publicaties/
Auteur: Sophie Hospers, Jaap van der kamp, Quirien van der Zijden
Link: http://partnersinjeugdbeleid.nl/publicaties/
Verslagen
Eindverslag
Dit onderzoek gaat over zinvol monitoren van hulp bij kindermishandeling en seksueel geweld. Welke mogelijkheden zijn er om beter zicht te krijgen op de jeugdhulp die geboden wordt in geval van mishandeling van of seksueel geweld bij kinderen? Kan dat via de Beleidsinformatie Jeugd, of zijn er andere mogelijke data? Daarvoor is literatuuronderzoek gedaan en zijn deskundigen van diverse pluimage uitgebreid geïnterviewd. We beschrijven het begrippenkader bij kindermishandeling in literatuur, onderzoek en praktijk, we beschrijven welke indelingen er gemaakt kunnen worden bij jeugdhulp bij kindermishandeling en we verzamelen mogelijke data-items. Dat heeft geleid tot een afwegingskader, waarin de belangrijkste items zijn opgenomen en gewogen.
Conclusies:
1.Hulpverlening bij kindermishandeling moet maatwerk zijn
a.Kindermishandeling is een kwestie van ‘grijstonen’.
b.Hulp bij kindermishandeling kan – en moet - je op verschillende manieren indelen.
c.Alle hulp bij kindermishandeling en seksueel geweld kent werkzame elementen.
d.Aparte aandacht voor seksueel geweld is belangrijk voor en in de praktijk.
2.Monitoren van hulp bij kindermishandeling moet recht doen aan de complexiteit
a.Alleen registraties die voor het primair proces zèlf van belang zijn, leveren – opgeteld – betrouwbare informatie op.
b.Het aanvullend opnemen van kindermishandeling en seksueel geweld als aanleiding voor jeugdhulp in de Beleidsinformatie is onwenselijk.
c.Monitoren op hoofdlijnen in combinatie met diepte onderzoek op maat levert zinvolle informatie.
d.Er zijn drie items die in combinatie geschikt zijn voor het monitoren op hoofdlijnen (gegevens mbt GI als verwijzer, meldingen VT en aanmeldingen CSG).